Ik heb veel te danken aan het boek ‘Big Magic’ van Elizabeth Gilbert.
Met dat boek gaf ze me een grote duw in de rug om het verhaal waar ik al zo lang aan schreef tot een einde te schrijven.
Het afschrijven zou ik: hoe dan ook.
Omdat ‘af beter is dan goed’.
Voor de twijfelaars: in deze passage legt Elizabeth haarfijn uit waarom dit dan wel zo is.
“De enige reden dat ik het heb kunnen volhouden en mijn eerste roman heb kunnen afmaken is omdat ik het niet erg vond dat die ontstellend onvolmaakt werd. Ik dwong mezelf eraan te blijven schrijven, ook al had ik geen goed woord over voor wat ik aan het maken was. Dat boek was zo allesbehalve volmaakt dat ik er knettergek van werd. Ik weet nog dat ik in de jaren dat ik eraan werkte dag in dag uit door mijn kamer op en neer beende en dat ik, om moed te verzamelen om verder te gaan met dat glansloze manuscript, ook al was het nog zo slecht, deze plechtige belofte voor ogen hield: ‘Ik heb het universum verdomme toch nooit beloofd dat ik een geweldige schrijver zou worden? Ik heb het universum alleen maar beloofd dat ik schrijver zou worden!’
Toen ik vijfenzeventig bladzijden geschreven had, was ik er bijna mee gestopt. Doorgaan voelde te erg, te gênant. Maar ik zette me over mijn eigen schaamte heen, louter en alleen omdat ik absoluut niet mijn graf in wilde gaan met een onvoltooid manuscript van vijfenzeventig bladzijden in de la van mijn bureau. Zo iemand wilde ik niet zijn. Het wemelt op de wereld toch al van de onvoltooide manuscripten, en ik wilde niet nog één aan die eindeloze stapel toevoegen. Dus al vond ik het nog zo’n bagger, ik moest en zou doorzetten.
Ik hield mezelf ook steeds voor wat mijn moeder vroeger altijd zei: ‘Af is beter dan goed.’
Mijn hele jeugd lang heb ik dat eenvoudige adagium van mijn moeder moet horen. Niet omdat Carole Gilbert de kantjes ervanaf liep. Integendeel, ze was ongelooflijk ijverig en efficiënt, maar ze was in de allereerste plaats pragmatisch. Een dag telt nu eenmaal een beperkt aantal uren. Een jaar telt nu eenmaal een beperkt aantal dagen, een leven nu eenmaal een beperkt aantal jaren. Je doet zo goed mogelijk wat je kunt, in een redelijk tijdsbestek, en dan laat je het los. Of het nu over afwassen of kerstcadeaus inpakken ging, mijn moeder had altijd zo ongeveer dezelfde instelling als Gearge Patton: ‘Een goed plan dat nu halsoverkop wordt uitgevoerd is beter dan een perfect plan dat volgende week wordt uitgevoerd.’
Of, met andere woorden: een redelijke roman die nu halsoverkop wordt geschreven is beter dan een volmaakte roman die in al zijn perfectie nooit geschreven wordt.
Ik denk ook dat mijn moeder van dit radicale besef doordrongen was – dat voltooiing op zich al een heel eerbare prestatie is. En bovendien nog een zeldzame prestatie ook. Want het geval wil dat de meeste mensen dingen niet afmaken ! Kijk om je heen, de bewijzen liggen voor het grijpen: mensen maken dingen niet af. Ze beginnen met de beste bedoelingen aan een ambitieus project, maar lopen dan vast in een web van onzekerheid, twijfel en haarkloverij… en dan houden ze ermee op.
Dus als je gewoon iets kunt afmaken – gewoon afmaken! – loop je kilometers op de rest voor.
Met andere woorden: jij wilt misschien dat je werk perfect is, maar ik wil mijn werk alleen maar af hebben.”
Op mij had deze passage alleszins een magische werking.
Ik ging aan mijn toetsenbord zitten en schreef. Pagina na pagina. Ik schreef me een weg naar het einde van het verhaal dat al zo lang in mij zat te wachten. En dat ik maar niet neergeschreven kreeg omdat ik elke zin tien keer omdraaide. En misschien ook: omdat ik niet geloofde dat het mogelijk was, dat ik ooit het einde van het verhaal zou bereiken.
Dus ik schreef, zonder me aan te trekken van hoe het eruit zag. Van kromme zinnen. Of nog erger: van vleugjes of soms hele emmers vol sentimentaliteit. Ik schreef en schreef en schreef. En hoe dichter de eindmeet in zicht kwam, hoe vlotter dit schrijven ging. Ik schreef tot het laatste woord viel. En ik moet zeggen, het is met geen woord te beschrijven hoe goed dat voelde.
Eerlijkheidshalve moet ik bekennen dat ik nadien die kromme zinnen toch nog wat rechter trok. En die vleugjes en emmers vol sentimentaliteit bijschroefde. Ik wilde het toch ook wel een beetje goed, of zo goed ik kon.
Maar echt, neem het van me aan, het is een aanrader.
Dus heb je een onafgewerkt manuscript liggen? Een tekening die je al zo lang op papier wil zetten? Een danspas die je wil dansen? Een deuntje dat je wil zingen of spelen?
Schrijf/teken/dans/zing/speel dan tot je erbij neervalt, tot het af is en waag het niet om in die tijd na te denken over of het wel goed is. Want af is echt beter dan goed!
Eén reactie